Onder de onstuimige golven van de oceanen had de mensheid een nieuw thuis gevonden. Door de stijgende zeespiegels en de verschroeiende hitte aan het oppervlak, was leven op het land haast onhoudbaar geworden. De enige uitweg was naar beneden, naar het onbekende rijk van de onderwaterwereld, waar nog hoop en overleving lagen te wachten. Diep onder de oppervlakte van de veranderlijke planetenzeeën, ontstonden steden die glinsterden als reusachtige oesters, verborgen parels in de donkere diepten.
Aquapolis, de grootste onderwatermetropool, was een symfonie van licht en technologie. Gewelfbogen van glas omlijstten straten gevuld met algenboomgaarden, aquabussen bewogen zich als snelle vissen door de waterachtige sfeer, en hologrammen van verloren continenten dansten boven de pleinen. De wetenschappers en ingenieurs werkten zonder ophouden aan steeds ingenieuzere manieren om de stad te beschermen tegen druk, vervuiling en de eeuwige duisternis.
Het technologische wonder van Aquapolis was echter niet onbesproken. De stad werd geleid door een raad van technocraten die niet enkel hun intellectuele superioriteit, maar ook hun morele ambiguïteit tentoonspreidden. In hun streven om overleving te garanderen, hadden zij kunstmatige gedaantes ontworpen, half-mens half-machine, die de zwaarste werkzaamheden verrichtten. Het waren de Onyx Harnassen, cybernetische wezens bedekt met metalen huiden, die de diepten van de oceaan trotseerden om zeldzame mineralen te winnen en de infrastructuren te versterken.
Te midden van deze realiteit groeide een jonge wetenschapper op, Aurélie Drayden. Haar nieuwsgierigheid kende geen grenzen en haar moed was enkel te vergelijken met die van de mythologische helden waar ze over had gelezen. Aurélie was vastberaden om het duistere geheim achter de Onyx Harnassen te ontrafelen, waarvan ze geloofde dat ze niet zomaar machines waren, maar mogelijk de overblijfselen van vermiste burgers, getransformeerd door de technocraten.
Aurélie’s zoektocht bracht haar naar de diepten van Zone X-42, een verboden gebied waar geruchten over straalstromingen en onmogelijke druk variaties de ronde deden. Met behulp van een antieke, door stoom aangedreven duikboot, vol met opwindbare gadgets en met koper ingelegde controlepanelen, ging ze op weg, naar wat de riskiest journey was van haar leven.
De duisternis omsloot haar boot, en enkel het tikkende geluid van de drukmeters en de zwevende lichten van bioluminescerende wezens boden enig gezelschap. Gedurende haar expeditie ontdekte ze een lege, vervallen fabriek bekleed met roestige tandwielen en half ontmantelde Onyx Harnassen. Daar, tussen de schaduwen van het verleden, trof ze een bijna vergeten dagboek aan van een ingenieur, Damien Varro, die sprak over de morele worstelingen en experimenten die uit de hand waren gelopen.
Door de missives van Varro leerde Aurélie dat de harnassen inderdaad gecreëerd waren door technologie die bewustzijn overplantte op mechanische lichamen. Het was een proces dat mislukte en wees mensen in een permanente droomstaat, langs de lijnen van “living in an eternal nightmare.” Maar nog belangrijker was de ontdekking van een proto-type energiebron – Het Aether Hart – dat levensomstandigheden in de afgelopen decennia zou kunnen verbeteren zonder de noodzaak tot zulke wrede offers.
Met hernieuwde overtuiging keerde Aurélie terug naar Aquapolis en confronteerde de technocraten. Haar moed, samen met het bewijs dat zij meebracht, dwong de raad om naar haar te luisteren. Het leidde tot een revolutie in de stad, waarbij het Aether Hart de basis werd van nieuwe, mensvriendelijke technologieën en de Onyx Harnassen werden bevolkt.
Onder de schaduwrijke wateren, had een enkel lichtpuntje het tij weten te keren. Hoewel de duisternis van de oceanen nooit geheel zou wijken, had de mensheid door de onwrikbare wil van een enkele persoon een nieuwe hoop gevonden. In het hart van Aquapolis brandde nu een helder vuur van vernieuwing en ethiek, als een baken voor iedereen in de diepe wateren van de toekomst.