Ga naar de inhoud
Home » Korte Verhalen » Gesloten Kring

Gesloten Kring

Er was iets in de lucht van het kleine stadje, een soort kilte die dwars door jeans en leren jacks sneed. Johan zag zijn adem wolkjes vormen in de koude winterlucht terwijl hij door de verlaten straten liep. Alles hier voelde plotseling zo bekend, maar toch verre van welkom. Het had jaren geduurd voordat hij de moed kon opbrengen om terug te keren, maar eindelijk was hij hier, vastbesloten om iets recht te zetten dat allang verbroken was.

Het huis van Bas stond nog steeds op dezelfde hoek, net zo versleten als de laatste keer dat Johan het zag. De brievenbus hing los, alsof iemand hem een tijdje terug een flinke trap had gegeven en nooit de moeite had genomen om het te repareren. Johan slikte, zijn hart bonkte in zijn borstkas. Hij wist nog goed hoe hun vriendschap een abrupt en pijnlijk einde had gekregen. ‘Excuses aanbieden,’ bleef hij tegen zichzelf herhalen. Het was maar een paar woorden, maar ze voelden als een molensteen om zijn nek.

Hij pakte de verroeste deurklopper en klopte driemaal. Even later opende een vrouw de deur. Simone, de zus van Bas, keek hem aan met een mengeling van verbazing en angst.

“Johan?” Haar stem brak een beetje. Een golf van herinneringen spoelde over hem heen—lachen met Bas, avonden doorbrengen bij het kampvuur en de nachtmerrie die hun vriendschap eindigde.

“Ik ben hier om met Bas te praten,” zei Johan, zijn stem zachter dan hij had willen laten klinken. Simone knikte langzaam en gebaarde hem binnen te komen. Het interieur van het huis had nog steeds die muffe geur van stof en oude herinneringen.

Bas zat in de woonkamer, zijn gezicht gehard door de jaren en misschien ook wel door de pijn. Hij keek Johan aan zonder iets te zeggen, maar zijn ogen spraken boekdelen.

“Bas,” begon Johan, “ik weet dat het lang geleden is en dat ik veel verpest heb. Maar ik ben hier om mijn excuses aan te bieden voor alles wat ik heb gezegd en gedaan.”

De stilte na zijn woorden was ondraaglijk. Bas bleef hem aankijken, zijn gelaatsuitdrukking echter onleesbaar. Na wat een eeuwigheid leek, zuchtte Bas diep.

“Je hebt me niet alleen gekwetst, Johan,” zei Bas uiteindelijk, zijn stem zwaar van emotie. “Je hebt ons allemaal gekwetst. Maar dat is het verleden. Het is moeilijk, maar ik wil ook verder kunnen.”

Johan knikte, een traan liep langzaam over zijn wang. “Ik begrijp het, en ik ga je niet vragen om het te vergeten. Maar ik wil proberen het goed te maken, hoe dan ook.”

Voor het eerst in jaren zag Johan een flikker van de oude Bas in zijn ogen. De kilte in de kamer leek een beetje te verzachten. Simone kwam de kamer binnen met drie koppen warme koffie, en voor het eerst in lang voelde Johan een sprankje hoop. Misschien was dit het begin van herstel, een kleine stap in de richting van verzoening.

Ze zaten daar samen, oude wonden nog altijd vers maar eindelijk zichtbaar, niet langer verborgen. Sippend aan hun koffie, begonnen ze weer voorzichtig te praten, de kring van hun vriendschap weer te sluiten, één voorzichtig woord tegelijk.

Deel op social media