Ga naar de inhoud
Home » Korte Verhalen » De Verboden Spreuk

De Verboden Spreuk

Eldrin had elke ochtend slechts één eenvoudig doel: de koeien naar het veld leiden, hun volle uiers ontlasten en tevreden glimachend naar de zonsopgang kijken. Maar vandaag, vandaag was anders. De lucht voelde dreigend, zwaarder dan normaal, alsof een onzichtbare hand over het dorp hing.

De dorpsoudste, een wijze man genaamd Brondal, had Eldrin de dag ervoor bij zich geroepen. Brondal’s stem, gewoonlijk geruststellend, was doordrenkt van een ongekende ernst. “Eldrin,” had hij gezegd terwijl zijn ogen dieper leken te kijken dan ooit, “een groot kwaad nadert ons dorp. Het is een entiteit die we niet kunnen zien, maar haar schaduw wordt steeds donkerder. We hebben slechts één kans om het te stoppen, en dat ligt in jouw handen.”

Eldrin voelde angst door zijn aderen stromen. Hij was jong, nauwelijks getraind in de hogere kunsten van de magie. Brondal vertelde hem over een verboden spreuk, een spreuk die zelfs de meest doorgewinterde tovenaars niet durfden uit te spreken. “Het is gevaarlijk, Eldrin. Maar zonder die spreuk is ons lot bezegeld.”

Toen de zon die ochtend aan de hemel verscheen, wist Eldrin dat hij dit niet alleen aankon. Hij vond zijn vriend Liora, een meisje met een scherp verstand en een onwrikbare moed. Samen begaven ze zich naar de oude bibliotheek, waar de oorsprong van de verboden kennis was verborgen. De bibliotheek was een plaats van stilte, maar ook van geheimen. De boeken hier spraken, niet met woorden, maar met een echo van de tijd.

Ze vonden het boek, dik en bedekt met een laag stof. Eldrin’s handen trilden toen hij het opende. De woorden leken te pulseren op de pagina’s, een taal zo oud dat zelfs de grootste geleerden slechts de helft konden ontcijferen. Liora hield zijn arm vast. “Je kunt dit,” fluisterde ze, haar vertrouwen als een lichtstraal in zijn donkere gedachten.

De dag veranderde in nacht en Eldrin begon de woorden zachtjes te fluisteren, de magie voelbaar in de lucht. De spreuk was als een dans, betoverend en gevaarlijk. Hij voelde de energie door zijn wezen stromen, en tegelijkertijd voelde hij de dreiging van de entiteit dichterbij komen.

Hoewel Eldrins kracht groeide, bewoog de schaduw van de entiteit zich voort. Het leek hun adem te stelen, het licht te absorberen. Eldrin sloot zijn ogen, concentreerde zich op de spreuk, op de energie die hij moest vrijlaten. In dat beslissende moment leken tijd en ruimte te vervagen. Alles draaide om de spreuk en de dreiging voor zijn dorp.

Plotseling was er een explosie van licht. Een geluidloze schokgolf die door de lucht scheurde, de entiteit uit elkaar reet en de lucht opnieuw kristalhelder maakte. Eldrin zakte uitgeput in elkaar, het boek nog in zijn handen. De dreiging was geweken, het dorp gered.

De dorpsoudste stond aan de rand van de menigte die zich verzamelde, zijn ogen fonkelden van trots. “Jij hebt ons gered, Eldrin,” zei hij. “Jij en de verboden spreuk.”

Later, toen de stilte van de nacht langzaam plaatsmaakte voor een nieuwe zonsopgang, keek Eldrin naar de horizon. Hij wist dat de echte strijd niet in de magie lag, maar in de keuze om de juiste dingen te doen, zelfs wanneer die dingen gevaarlijk waren. En hij wist dat hij die keuze weer zou maken als het moest.

Deel op social media